Turkse spanningen: de lessen van een verhitte zomer

De spanningen binnen de Turkse gemeenschap zijn deze zomer hoog opgelopen. Met ongeruste gemeentes, ouders en scholen tot gevolg. Wat zijn de lessen van deze verhitte zomer?

Artikel
Polarisatie en verbinding

Intimidaties, bedreigingen, spoedoverleg. 'Pas toen het in Rotterdam uit de hand liep, was het voor iedereen helder: dit valt niet meer weg te poetsen', blikt Klaas Hiemstra van de stichting School en Veiligheid terug op die eerste weken na de mislukte staatsgreep op 15 juli in Turkije. De Turkse overheid is van mening dat Gülen achter de staatsgreep zit en noemt hem en zijn volgelingen ‘terroristen’. De directeur van de stichting School en Veiligheid had verwacht dat de gebeurtenissen in Turkije hun weerslag in Nederland zouden hebben. 'Maar de omvang en intensiteit heeft mij wel verrast. De inzet van het kabinet was meteen helder: dit mag niet op scholen gaan spelen.'

Met diezelfde insteek riep wethouder Hugo de Jong in Rotterdam op 17 augustus het onderwijs, de sectorkamers van primair tot hoger onderwijs, bijeen. Daar werd afgesproken extra waakzaam te zijn. Dezelfde dag werden Rotterdamse schoolbesturen en directies in een brief gewezen op de beschikbare informatie- en hulpkanalen. Van schoolcontactpersonen, wijkagent tot begeleiding van School en Veiligheid. Met twee scholen - Cosmicus basisschool en Cosmicus college, die worden gezien als ‘Gülen-scholen’ - was van dag tot dag intensief contact. Met alle ouders die hun kinderen van school wilden halen, voerde de gemeente een persoonlijk gesprek. Om de vinger aan de pols te houden en om de leerplicht te handhaven.

school

Geen partij kiezen

'Zorg er als professional voor dat je niet meegezogen wordt in die discussie'

De ernst van de situatie was inmiddels in Rotterdam al doorgedrongen. Al in het ‘coupweekend’ ging de eerste ruit - van een buurthuis met vermeende Gülenbanden - aan diggelen. Het bleek het begin. Bij het anti-discriminatiebureau Radar in Rotterdam kwamen zeventig meldingen binnen omtrent de kwestie. Niet eerder liep een conflict binnen een bevolkingsgroep zo hoog op, zegt Radar-onderzoeker Gregor Walz. 'Ook het nieuws uit Israël wordt in Nederland door groepen goed gevolgd. Wanneer er daar wat gebeurt, zien we soms ook een stijging in het aantal discriminatiemeldingen. Maar niet van deze orde.' Ook niet in de jaren negentig toen de ultranationalistische Grijze Wolven onder de gemeenschap in Nederland aan invloed won. Ook niet bij eerdere spanningen tussen de Koerden en Turken. Walz: 'Het publieke debat is, vergeleken met vroeger, erg verhard. Daar krijgen we steeds meer meldingen over. Ook social media geven aan dat debat een andere dimensie. Iedereen kan overal op reageren.'

Hoe luidt het advies van Radar aan professionals? Hoe om te gaan met deze zo hoogoplopende emoties? 'Het is belangrijk om geen partij te kiezen. Wij zijn in Nederland geneigd om ons meteen in de zaak te willen verdiepen, te willen weten wie er goed of fout is. Maar daar gaat het niet om. Zorg er juist voor dat je niet meegezogen wordt in die discussie.'

Pedagogisch vakmanschap

Precies dezelfde raad geeft Klaas Hiemstra aan scholen. 'Het gaat niet om waarheidsvinding. De school moet een veilige plek zijn, waar kinderen hun emoties kunnen tonen, zonder geschreeuw. Dat vergt pedagogisch vakmanschap en daar kregen we ook veel vragen over. Hoe dat gesprek te voeren.'

Houdt het klein en persoonlijk, klinkt het advies. 'Je gaat geen les over de hedendaagse politiek van Turkije geven. Vraag na de vakantie gewoon wat de leerlingen hebben meegemaakt. Waren ze in Istanbul tijdens de coup, hebben ze de tanks door de straten zien rijden? Je kunt dan ook de spelregels afspreken. Als het te gortig wordt, stop dan. Zo zet je jezelf als regisseur neer.'

De afgelopen weken hebben laten zien wat de samenleving van de scholen verwacht. 'Dat is terecht. De vraag is alleen of het onderwijs daar wel voor toegerust is. Deze pedagogische vaardigheden vragen permanent onderhoud.' Voor Hiemstra is het helder. Dit is niet ‘iets’ wat scholen erbij moet doen. 'Hier gaat het om.' Het gaat over burgerschap, over samenleven. 'Scholen kunnen zich hier niet aan onttrekken. Ze moeten bepalen waar ze voor staan, geen loze woorden maar dit ook vertalen naar de klas.' Ook de lerarenopleiding moeten volgens hem structureel aandacht aan deze pedagogische vaardigheden besteden.

pedagogisch vakmanschap

Onveilig

Professor Trees Pels, bijzonder hoogleraar opvoeden in de multi-etnische stad aan de Vrije Universiteit Amsterdam en senior onderzoeker aan het Verwey-Jonker Instituut/Kennisplatform Inclusief Samenleven, haalt hetzelfde punt aan. 'Die grote boze wereld komt steeds weer de school binnen. We hebben dat eerder gezien met de aanslagen, nu deze spanningen. Het belang van de pedagogische opdracht wordt alleen maar groter.' Maar niet iedereen is daarvan doordrongen. 'Het is zelfs zo dat in de onderwijswereld nog een debat wordt gevoerd of deze opdracht wel bij hen hoort. Volkomen achterhaald. Als leerlingen niet lekker in hun vel zitten, zich niet veilig voelen dan gaan zij zeker geen kennis opnemen.'

'Je hoort kinderen zeggen dat school of ouders willen dat ze kiezen. Dat moeten we ze niet aan doen'

Pels maakt zich vooral zorgen over de gevolgen van de huidige spanningen voor de Turkse leerlingen. 'Volwassenen gaan vaak slecht met dit soort zaken om. Ze weten niet wat ze aanrichten bij de kinderen door zo kwaad te spreken over de 'ander', in dit geval andere Turken. Ze beseffen niet dat ze daarmee de wereld voor hun kinderen onveiliger maken, dat deze polarisatie zich als het ware bij hen kan internaliseren.'

Het zijn de scholen die volgens Pels in een ‘open gesprek’ de ouders bewust moeten maken van deze gevolgen. 'Makkelijker gezegd dan gedaan, maar wel nodig. Ouders staan er niet bij stil dat ook hele jonge kinderen van alles meekrijgen. Maar uit onderzoek weten we dat kinderen op jonge leeftijd al gebrainwasht kunnen worden, kunnen leren denken in ‘wij en jullie’. En dat de constante stroom van kleine krenkingen van het als ‘ander’ aangesproken worden kinderen letterlijk ziek kan maken. Spreek daarom de ouder aan op hun verantwoordelijkheid als opvoeder.'

De spanningen binnen de Turkse gemeenschap kunnen ook bijdragen aan verdere polarisatie in Nederland. 'Het voedt allerlei sentimenten, ook tegen de nieuwe vluchtelingen, over de onmogelijkheid van integratie.' Pels: 'Doorgaans zijn mensen prima in staat om zich aan verschillende sociale verbanden te verbinden. We weten dat zowel voor volwassenen als kinderen zo’n meervoudige loyaliteit het gunstigst is voor de ontwikkeling. Met een scherper wordende polarisatie tussen én, zoals in dit geval, binnen groepen komt dat in gevaar. Wordt de ander te zwart gemaakt, dan kan een kind deze meervoudige loyaliteit niet meer ontwikkelen. Je hoort dat kinderen ook letterlijk zo zeggen. De school of mijn ouders willen dat ik kies. Dat zouden we kinderen niet aan moeten doen.'

 

 Lees meer over de achtergronden van de spanningen onder Turkse Nederlanders op onze overzichtspagina.