Kennisgids inclusief vaderschap

De rol van vaders is essentieel voor de ontwikkeling en het welzijn van kinderen. Maar in zowel beleid als praktijk en onderzoek blijven zij vaak onderbelicht. Vooral als het gaat om vaders met een migratieachtergrond en vaders van kleur. Deze kennisgids wil daarin verandering brengen. We geven professionals, beleidsmakers en andere betrokkenen een verdiepend en actueel overzicht van kennis, praktijkvoorbeelden en wet- en regelgeving rond het thema inclusief vaderschap.

Auteurs: Jeroen Vlug, Marjolijn Distelbrink, Trees Pels, Rominique van Rhemen en Marit Verstappen

3.4 Stereotypen en belemmeringen

Uit onze verdiepende gesprekken met sleutelpersonen in ons koplopersnetwerk en eigen kwalitatief onderzoek onder Caribische vaders (Distelbrink, te verschijnen), komt naar voren dat over zwarte vaders specifieke stereotypen bestaan, over ‘de afwezige vader’. Dit terwijl er allerlei varianten zijn in betrokkenheid; uitwonend is niet synoniem aan afwezig (Distelbrink, te verschijnen; Zwaan, 2013). Ook internationaal leven dit soort stereotypen en de kritische blik daarop groeit (bijv. Smith, 2019; Levs, 2020). Niettemin komt het wel vaker voor dat jonge mannen in deze groepen vertellen over hun afwezige vader. Lang niet iedereen heeft het voorbeeld van een betrokken vader meegekregen. Dit kan leiden tot herhaling van patronen, maar kan ook juist een reden voor hen zijn om het anders te willen doen, juist actief betrokken te blijven bij hun gezin, of zij nu wel of niet inwonend zijn (Distelbrink, te verschijnen; zie ook documentaire ‘Generatie Pa’ uit 2024 en de vaderportretten van Pharos, genoemd in hoofdstuk 7). Een deel van de mannen krijgt vanwege hun positie als niet-inwonende vader wel met specifieke vraagstukken te maken, waar ook andere uitwonende vaders mee kunnen worstelen. Het gaat dan bijvoorbeeld over tegenwerking vanuit wettelijke kaders (zie ook hoofdstuk 6), soms vanuit moeders en hun families, niet gezien worden door scholen of door geboortevoorzieningen.

Uitwonende vaders worden lang niet altijd betrokken bij beslissingen of zorg die hun kinderen betreft. Zij hebben al vanuit de wet- en regelgeving vanaf de geboorte een minder sterke positie dan de moeder, waarbij de bewijslast bij hen ligt om aan te tonen dat ze een goede vader zijn (Distelbrink, te verschijnen; Zwaan, 2013). Helaas verliezen sommige vaders kortere of langere tijd tegen hun wil het contact met hun kinderen (zie bijv. Hoe vaders buitenspel worden gezet: 'Ik heb mijn zoontje al twee jaar niet gezien' van FunX; Distelbrink, te verschijnen). In onze gesprekken met organisaties die mannen ondersteunen, horen we hoe eenzaam mannen van middelbare leeftijd kunnen zijn die het contact met hun kinderen hebben verloren en hoe groot de impact daarvan is (mondelinge informatie Gouden Mannen).