'Integratie minder precair maken'

'Als er een moment is dat we kennis van jullie platform nodig hebben, dan is het nu.' Aan het woord is een van de tweehonderd professionals van gemeenten, maatschappelijke organisaties en politiek. Ze zijn op 16 april aanwezig in Den Haag bij de presentatie van het programma Kennisplatform Integratie & Samenleving. Een impressie van de dag.

Artikel
Integratie- en inburgeringsbeleid

Bij binnenkomst worden de bezoekers verwelkomd met gekleurde gebakjes met daarop woorden als ‘diversiteit’, ‘empowerment’ en ‘samenleven’. De smaken van Kennisplatform Inclusief Samenleven. Deze middag in april is er ook iets te vieren: de presentatie van het nieuwe driejarige programma van het Verwey-Jonker Instituut en Movisie.

Het programma van de bijeenkomst kent een gevarieerd karakter. Marijke Steenbergen (Movisie) en Hans Boutellier lichten het ontstaan, de ambities en de plannen van het Kennisplatform toe. Ook de eerste resultaten van onderzoek komen voor het voetlicht. In vier deelsessie duiken deelnemers vervolgens de diepte in met de thema’s: nieuwe migratie, sociale stabiliteit, toegankelijkheid en participatie. Bernard ter Haar, Directeur-Generaal van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid spreekt de speech uit van minister Asscher die door omstandigheden niet aanwezig kan zijn: ‘Als minister verantwoordelijk voor integratie hecht ik eraan dat uiteenlopende partijen met kennisvragen terecht kunnen bij een onafhankelijk en gedegen programma waar advies op aanvraag beschikbaar is. Maar waar ook ruimte is voor ongevraagd advies en het op eigen initiatief signaleren van nieuwe ontwikkelingen. Ik ga er vanuit dat dit hét kennisprogramma op het terrein van integratie wordt.’

Algemeen integratiebeleid versus doelgroepenbeleid

Een prominent onderdeel na de deelsessies vormt het debat. Op het einde van de middag nemen vier panelleden plaats op het podium: Farid Azarkan van het Samenwerkingsverband Marokkaanse Nederlanders, Fawzia Nasrullah van Youké Jeugdhulp, Gina Plaggenborg van Ieder1gelijk en wethouder Froukje de Jonge van gemeente Almere. Dagvoorzitter Marcel Ham (Movisie) legt ze twee stellingen voor waaronder ‘door het wegvallen van het integratiebeleid in gemeenten zal de positie van migranten verslechteren’. Wethouder De Jonge meldt dat Almere geen doelgroepenbeleid meer kent. Ze vindt Almere een voorbeeld van een goed gelukte geïntegreerde samenleving. De Jonge: ‘We kennen uitsluitend gemengde scholen; de jonge generatie groeit kleurenblind op.’ De term ‘kleurenblindheid’ roept weerstand op in de zaal. ‘Als u ontkent dat er geen verschil in kleur is, dan doet u alsof we allemaal hetzelfde behandeld worden’, roept iemand vanuit de zaal.

'In onze samenleving wordt positief gediscrimineerd, wit is namelijk ook een kleur’

Ook panellid Azarkan steekt niet onder stoelen of banken het geclaimde succes van het beleid in Almere te betwijfelen: ‘In onze samenleving wordt positief gediscrimineerd, wit is namelijk ook een kleur.’ Overigens zijn de panelleden ‘tot op zekere hoogte’ voorstander van een algemeen integratiebeleid. Maar’, zo vervolgt Azarkan, ‘als Marokkaanse of Turkse jongeren drie tot vier keer vaker werkloos zijn dan anderen, dan moet je daar specifiek op inzetten. Want wat heb je aan een algemeen beleid als niet iedereen daarvan kan profiteren? Hoe ik dit zou toepassen? Extra begeleiding zodat ze meer competenties kunnen ontwikkelen, hun netwerk helpen ontwikkelen en ten derde niet alleen schrijven over discriminatie maar er ook echt iets tegen doen.’ Applaus klinkt in de zaal.

Debat

Hoe bevorderen we cultuursensitiviteit?

De brede consensus tijdens het debat is dat er rond diversiteit nog veel stappen gezet moeten worden, met name op het gebied van discriminatie en cultuursensitiviteit. ‘Ik merk dat wij sinds 14 jaar [sinds ‘9/11’ red.] een andere samenleving hebben. We gaan achteruit. De samenleving zie ik op groepsniveau homogener geworden. De autochtone Nederlanders trekken zich terug in hun eigen groep, terwijl andere groepen juist veel heterogener zijn. Hoe kunnen wij dit tegengaan? Hoe kunnen we vanuit beleid en wetenschap een bijdrage leveren om cultuursensitiviteit, en niet cultuurblindheid, te bevorderen?’, aldus Halleh Ghorashi, hoogleraar diversiteit en integratie en lid Raad van Toezicht van Movisie.  

'We willen dóór met deze samenleving'

De gedachtewisseling tussen het panel en de zaal, illustreert  wat Hans Boutellier, woordvoerder van het Kennisplatform eerder op de middag verwoordt: een inhoudelijke impuls aan het debat over integratie geven. Een ander doel, zo stelt hij in zijn gesproken column, is om ‘integratie minder precair te maken’. ‘Onze samenleving kent steeds meer diversiteit, onder andere naar etnische achtergrond, geloofsovertuiging, seksuele voorkeur. De vraag rijst dan: waarin kun je met deze pluriformiteit dan nog precies in integreren? Waar het nu om gaat, is dat we dóór willen met deze samenleving. Dat is een algemeen belang. Ons ontwikkelen naar een (nieuwe) pluriforme en stabiele samenleving. Waarin mensen zich voegen naar en beschermd weten door de wet, meedoen naar vermogen  en zich vrij voelen in wie ze zijn. Dat is ook de inzet van Kennisplatform Inclusief Samenleven. Daarvoor leveren we kwalitatieve kennisproducten met maatschappelijke opbrengst’, aldus Boutellier.

Brengen en halen

Kennisplatform Inclusief Samenleven wil kennis brengen én halen. Beide onderdelen hebben een plek op de bijeenkomst. Bijvoorbeeld de zogenoemde vraagbaak-stand waar genodigden hun kennisvraag op papier kunnen schrijven en achterlaten. De professionals stellen zelf vooral behoefte te hebben aan kennis over ‘wat nou echt werkt’ omdat er volgens hen ‘al zoveel onderzocht is’. Dit is iets wat Kennisplatform Inclusief Samenleven ten doel heeft gesteld: via de projecten, kennisbijeenkomsten en uiteraard via deze website (zie bijvoorbeeld het artikel Hoe ondersteunt u overbelaste, allochtone mantelzorgers?).