Karin Wolters, Programmamanager EU-arbeidsmigranten Rotterdam: ‘De eerste stap is het opbouwen van vertrouwen’

Met het actieprogramma ‘Werken aan een menswaardig bestaan’ werkt de gemeente Rotterdam om de positie van arbeidsmigranten uit de Europese Unie te verbeteren. Voor het KIS magazine 'Gezien!' spraken we met programmamanager Karin Wolters.

Artikel
Europese arbeidsmigranten

Kwetsbare groep migranten

‘In 2004 traden Polen en Hongarije toe tot de EU en in 2007 gingen voor Bulgarije en Roemenië ook de grenzen open. Sinds die tijd neemt arbeidsmigratie uit Midden en Oost-Europa in Nederland toe. Ook naar Rotterdam. We hebben veel baat bij de komst van deze mensen, iedereen wil zijn postpakketje binnen 24 uur op de mat hebben liggen. Maar je wilt niet weten hoe sommige distributiecentra werken, dat mensen worden onderbetaald of dat er niks voor ze geregeld is. Deze migranten wonen in particuliere huurwoningen in wijken waar vaak al veel problemen spelen. Deze groep weet de overheid vaak niet te vinden. Sinds het uitbreken van de coronacrisis zijn problemen groter en ook zichtbaarder geworden. Er is bijvoorbeeld meer dakloosheid, maar we zien ook schrijnende situaties bij mensen die wel een dak boven hun hoofd hebben.’

Lange termijn

‘Een deel van de oplossingen ligt op Rijksniveau. Maar intussen zijn we ook als gemeente bezig om te kijken wat we op de lange termijn kunnen betekenen voor EU-arbeidsmigranten, zodat ze hier een bestaan kunnen opbouwen. Daarom vragen we: ’Wat kunnen we voor jullie betekenen, wat hebben jullie nodig?’.’

Ons actieprogramma is echt een kwestie van bouwen, uitproberen en kijken wat werkt, en wat niet

Een overheid die wil luisteren

‘In kwetsbare wijken waar veel arbeidsmigranten wonen, willen we een zichtbare overheid zijn. Daarom hebben we nu twee infopunten (Zuid en West) waar EU-arbeidsmigranten zonder afspraak binnen kunnen lopen. Ze kunnen daar in de eigen taal hun vragen stellen en voorlichting krijgen. Hierdoor bouwen we aan vertrouwen. In de infopunten worden ook allerlei activiteiten georganiseerd. Een voorbeeld hiervan is het project ‘Nieuwe buren’, waarbij gevestigde bewoners en nieuwe EU-migranten elkaar kunnen ontmoeten rondom sociale activiteiten in de buurt. Maar ook op andere manieren willen we ‘outreachend’ werken. Zo is er bij integrale controles in huizen waar arbeidsmigranten wonen een migrantenvoorlichter aanwezig die in de eigen taal bewoners kan voorlichten over hun rechten en kan vertellen dat zij bij de gemeente kunnen aankloppen. Mensen krijgen dan de boodschap dat ze niet alleen hun huisbaas hebben, er is ook nog een overheid die naar ze wil luisteren. Dit is belangrijk, omdat veel EU-arbeidsmigranten alleen ‘de waarheid’ kennen die hun huisbaas of uitzendbureau hun meegeeft.’

In eigen taal voorlichten

‘De taal blijkt ontzettend belangrijk. We zien dat er veel animo is voor de taallessen die we aanbieden, maar er zijn veel mensen die de taal nog niet spreken. Bij diverse programma’s in de gemeente worden daarom migrantenvoorlichters en tolken ingezet. En ook schriftelijk of online materiaal is vaak in meerdere talen beschikbaar. Een voorbeeld is de huurcalculator die je kunt gebruiken om te berekenen wat jouw woning per vierkante meter aan huur mag kosten. Dat is voor deze groep – die vaak afhankelijk is van een particuliere huurbaas – een heel belangrijk hulpmiddel. Sinds de uitbraak van corona zet de GGD ook tolken in, eerst om mensen voor te lichten over corona, en nu over het vaccineren. Al deze activiteiten doen we in de wijken, zo kun je echt tot in de haarvaten komen. Daar begint het mee. Je kunt wel uitgaan van het principe ‘leer eerst maar eens de taal en kom dan maar terug’. Maar dan ga je mensen niet bereiken, en dat is de eerste stap: opbouwen van vertrouwen!’

Dit interview verscheen in het magazine 'Gezien!', waarin KIS inspirerende verhalen van gemeenten en organisaties rond inburgering verzamelde. Lees het hier!

Integratie

‘Vaak denken arbeidsmigranten dat ze snel weer terug zullen keren naar het herkomstland, maar in de praktijk zitten ze hier tien, vijftien jaar zonder Nederlands te leren. Doordat ze zo hard werken en vaak denken dat ze hier maar tijdelijk zijn, komen ze niet aan het leren van Nederlands toe. Bovendien kennen ze het taalaanbod in de stad meestal niet. Door actief voorlichtingsavonden te organiseren laten we mensen kennis maken met het taalaanbod. Onlangs hebben zich tijdens één voorlichtingsavond al 120 mensen ingeschreven. De cursus wordt in het weekend gegeven, omdat veel arbeidsmigranten door de week werken. Met zo’n cursusgroepje kan je ook andere dingen organiseren: zo is er een groep die met elkaar aan ‘nordic walking’ doet en weer anderen zijn op een breicursus in de wijk gegaan. Zo ontstaan nieuwe netwerken, en dat is ook integratie.’

Vraag het de mensen zelf!

‘Andere gemeenten zou ik aanraden om echt contact te zoeken met arbeidsmigranten, hou bijvoorbeeld eens een interview of ga op bezoek met ketenpartners. Ik ga bijvoorbeeld soms om 5 uur ‘s ochtends mee met een integrale actie van onder andere wijkpolitie, Toezicht & Handhaving en migrantenorganisaties. Dan kom je er dus achter dat mensen in kelderboxen en in schuurtjes slapen, onder erbarmelijke omstandigheden. Om als gemeente goed op de hoogte te zijn van wat er leeft en speelt, organiseren we nu klankbordgroepen met arbeidsmigranten. Daarin zitten mensen die al wat langer in Nederland zijn en de taal spreken. Dat gaf mij het inzicht dat we niet alleen moeten focussen op mensen waar het nog niet goed mee gaat, maar ook op de positieve verhalen. Hoe kunnen we de energie van deze mensen benutten? Deze gevestigde migranten blijken namelijk vaak heel gemotiveerd om zich in te zetten voor nieuwkomers in de wijk, en weten ook waar zij behoefte aan hebben.’

Foto: Mladen Pikulić (Fotobureau Fotoland)

Meer informatie?Neem contact op met:

Marjan de Gruijter

icon_chevron Stuur een e-mail
Afbeelding