Houd zicht op integratie en diversiteit: meld je aan voor de nieuwsbrief van Kennisplatform Integratie & Samenleving.

Het recente SCP-rapport ‘Ervaren discriminatie in Nederland II’ laat zien dat Nederlanders met een migratieachtergrond minder discriminatie hebben ervaren bij het zoeken naar werk dan in 2013. Het rapport waarschuwt echter ook voor een terugslag wanneer de economische omstandigheden weer minder gunstig zijn. Dat scenario kan nu door de coronacrisis snel dichterbij komen, waarschuwen de onderzoekers.
Eerder onderzoek laat zien dat mensen met een migratieachtergrond in crisistijd extra hard worden getroffen. Zij zijn namelijk oververtegenwoordigd in banen en sectoren die gevoeliger zijn voor conjuncturele bewegingen én zij hebben vaker een tijdelijk contract. Bij laagconjunctuur raken zij veelal als eerste hun baan kwijt. Daarnaast laat onderzoek zien dat discriminatie een grotere rol speelt als het conjunctureel minder goed gaat: werkgevers laten etnische achtergrond zwaarder meewegen in de selectie als zij veel keuze hebben in het aanbod van personeel.
De coronamaatregelen die nu getroffen worden, zijn nodig voor de volksgezondheid. Duidelijk is ook dat deze effect gaan hebben op de economie. Dat de overheid nu veel investeert in werkgelegenheid kan helpen om zoveel mogelijk mensen hun baan te laten behouden en dempt hopelijk ook het effect dat bepaalde groepen harder worden getroffen.
Mensen met een migratieachtergrond hebben te maken met achterstanden op de arbeidsmarkt: in vergelijking met autochtone Nederlanders hebben Nederlanders met een migratieachtergrond minder vaak betaald werk, de werkloosheid ligt ongeveer drie keer zo hoog en werkenden met een migratieachtergrond hebben vaker een tijdelijke baan. Een deel van de verschillen laat zich verklaren door minder gunstige achtergrondkenmerken van Nederlanders met een migratieachtergrond, zoals het gemiddeld lagere opleidingsniveau. Maar waar het opleidingsniveau van jongeren uit migrantengroepen al enige tijd stijgt vertaalt zich dat niet in een betere arbeidsmarktpositie.
Was een afwijzing op een sollicitatie daadwerkelijk omdat iemand anders meer geschikt was, of speelde etnische herkomst toch (ook) een rol?
Eén van de verklaringen daarvoor is dat migrantengroepen te maken hebben met discriminatie die hun toegang tot (vast) werk belemmert. In verschillende onderzoeken is onomstotelijk vastgesteld dat er sprake is van discriminatie in selectieprocessen van werkgevers en arbeidsbemiddelaars. Voor mensen zelf is het vaak lastig te weten of zij te maken hebben gehad met discriminatie. Was een afwijzing op een sollicitatie daadwerkelijk omdat iemand anders meer geschikt was of beter in het team paste, of speelde etnische herkomst (en alle associaties die iemand daarbij had) toch (ook) een rol? Zeker in situaties waarin discriminatie vaak niet openlijk plaatsvindt, maar verhuld wordt of onbewust een rol speelt, twijfelen mensen vaak of een afwijzing met discriminatie te maken had.
In een recent rapport laat het SCP zien dat Nederlanders met een migratieachtergrond in 2018 minder discriminatie ervoeren bij het zoeken naar werk dan in 2013 (zie grafiek). Ten eerste zien we dat in alle groepen mensen minder moeite hebben met het vinden van betaald werk: de totale lengte van de staaf is voor alle groepen in 2018 minder lang dan in 2013. Hier zal de aangetrokken conjunctuur een grote rol hebben gespeeld, waardoor mensen makkelijker aan het werk kwamen. Wanneer mensen toch moeite hadden om betaald werk te vinden dan hadden zij minder vaak het idee dan in 2013 dat dit door discriminatie kwam. Dat is vooral zo bij Marokkaanse Nederlanders en bij personen met een achtergrond in Midden- en Oost-Europa. De combinatie van minder moeite met het vinden van betaald werk en het minder vaak in verband brengen van afwijzingen op sollicitaties met discriminatie leidt voor beide groepen in 2018 tot fors minder ervaren discriminatie bij het zoeken naar werk dan in 2013.
In andere etnische groepen, met uitzondering van de autochtone Nederlanders, is er ook sprake van een daling in ervaren discriminatie, maar minder sterk. Autochtone Nederlanders ervaren in 2018 evenveel discriminatie bij het zoeken naar werk als in 2013. De mate waarin deze groep discriminatie ervaart, is wel nog steeds fors lager dan van de andere groepen.
Mate waarin afwijzingen bij het zoeken naar werk geduid worden als discriminatie, door etnische groepen, van de werkzoekenden, 2013 en 2018 (in procenten)
Het onderzoek is gebaseerd op een vragenlijst die door 8.536 mensen is ingevuld. In de vragenlijst is voor concrete voorvallen nagegaan of men discriminatie heeft ervaren. De voorvallen hadden betrekking op: de (semi)publieke ruimte, uitgaan, contact met instanties, werk zoeken, arbeidsvoorwaarden, de werkvloer en het onderwijs. Er is gevraagd naar verschillende uitingen: van schelden en pesten tot ongelijke behandeling, bedreiging en geweld. De respondenten konden ook aangeven dat zij twijfelden of er sprake was van discriminatie. Uit: Ervaren discriminatie in 2018 afgenomen, SCP/CBS (ED’13 en ‘18).
Tekst: Iris Andriessen
Ben jij een mkb-werkgever die tijdens of al voor de coronacrisis werk maakt van een divers personeelsbestand? Dan zijn wij op zoek naar jou! Bekijk meer info.
Dit artikel is onderdeel van een dossier waarin wij kennis verzamelen over het coronavirus. Heb jij een vraag die KIS kan beantwoorden? Tips of noemenswaardige initiatieven? Stuur dan een e-mail naar communicatie@kis.nl.
3 bijdragen van onze lezers
Deel ook jouw kennis, ervaring of meningJouw bijdrage