Presentatie eerste Nationaal Programma: De samenleving versterken door discriminatie en racisme aan te pakken

Het eerste Nationaal Programma tegen Discriminatie en Racisme is deze week door Nationaal Coördinator tegen Discriminatie en Racisme Rabin Baldewsingh overhandigd aan minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties, Hanke Bruins Slot. In het programma staat wat het kabinet gaat doen om discriminatie en racisme in de Nederlandse samenleving aan te pakken.  Deze plannen worden jaarlijks geactualiseerd 'In een voortdurend streven naar een Nederland waarin iedereen gelijk wordt behandeld en niemand wordt uitgesloten.'

Artikel
Discriminatie

Daar zijn we nog niet. Recente cijfers laten zien dat ervaringen met discriminatie en racisme de afgelopen jaren verder zijn toegenomen. Ruim een kwart van de Nederlanders heeft recent discriminatie ervaren en het aantal meldingen bij de antidiscriminatievoorzieningen en bij de politie stijgt. 'Dat vraagt om een stevige aanpak van elke vorm van uitsluiting,' schrijft de Nationaal Coördinator tegen Discriminatie en Racisme (NCDR) in zijn aanbiedingsbrief. 'Een aanpak die onderstreept dat gelijkwaardigheid, rechtvaardigheid en inclusiviteit in Europees en Caribisch Nederland de norm is.'

Te vaak denken we in Nederland in termen van bureaucratische processen, terwijl het bij racisme en discriminatie juist zo belangrijk is om oog te hebben voor de geleefde ervaring van mensen en de doorwerking ervan

De NCDR heeft bij het eerste Nationaal Programma tegen Discriminatie en Racisme nadrukkelijk de mens centraal gezet. 'Te vaak denken we in Nederland in termen van bureaucratische processen, terwijl het bij racisme en discriminatie juist zo belangrijk is om oog te hebben voor de geleefde ervaring van mensen en de doorwerking ervan,' schrijft hij in de inleiding.

De NCDR kwam tot zijn plan van aanpak door in heel Nederland Townhall sessies te houden. Hij ging de afgelopen maanden met talloze maatschappelijke organisaties en burgers in gesprek om wensen op te halen voor het programma.

Hanneke Felten van Kennisplatform Inclusief Samenleven (KIS) was bij het tot stand komen van het programma betrokken. KIS heeft de afgelopen jaren al veel kennis ontwikkeld over het signaleren en bestrijden van (diverse vormen van) discriminatie en racisme. In mei reageerde Felten al op de eerste contouren van het programma. 'Ik zag dat het een mooi programma zou worden omdat de aanpak van discriminatie minder vrijblijvend wordt en dat juich ik toe. Ik vond het wel jammer dat in de eerste schetsen van het programma geen aandacht voor online discriminatie was, terwijl dat een groot probleem is. En er was ook geen aandacht voor discriminatie van mensen met een beperking. Dat heb ik aangegeven. En ik zie nu dat beide onderwerpen in het programma zijn opgenomen, dus dat is erg mooi.'

In het programma van de NCDR wordt niet gesproken van ‘maatregelen’, maar van ‘versterkingen’ om discriminatie en racisme in de samenleving aan te pakken. Bij de uitvoering ervan zullen diverse ministeries en departementen betrokken zijn.

De belangrijkste versterkingen zijn: 

1. Formele excuses voor het slavernijverleden

Tijdens de Townhall Sessies werd duidelijk dat deze wens breed gedragen is. Het is van grote betekenis voor de nazaten van de tot slaaf gemaakten. De Nationaal Coördinator stelt zich achter de conclusies van het Adviescollege Dialooggroep Slavernijverleden dat de overheid hiervoor excuses zou moeten aanbieden. “Het helpt bij de heling van historisch leed, maar is vooral ook gericht op het bouwen van een gezamenlijke toekomst”, aldus Baldewsingh. Ook kunnen nabestaanden van tot slaaf gemaakten, die hun achternaam willen wijzigen, dat straks gratis doen. En de NCDR pleit ervoor om van de viering van Keti Koti op 1 juli een nationale feestdag te maken. 

2. Extra aandacht voor moslimdiscriminatie en stagediscriminatie

De NCRD heeft in zijn eerste programma extra aandacht voor moslimdiscriminatie en stagediscriminatie. Tachtig procent van de discriminatie op religieus vlak, is gericht tegen moslims. Er komt daarom een landelijk onderzoek. En ook de aanpak van stagediscriminatie in zowel het mbo, hbo als wo krijgt een extra impuls. 
Verder worden antidiscriminatiebureaus versterkt in hun rol. Ze krijgen daarvoor meer middelen van de overheid. De overheid gaat diversiteit en inclusie stimuleren en er beter op letten bij het werven van personeel en de inkoop van goederen en diensten.

3. Religieuze uitingen in de kleding van agenten en boa’s toestaan

Ook hoorde de NCDR bij zijn gesprekken veelvuldig de wens dat religieuze uitingen in de kleding van politieagenten en BOA’s moeten worden toegestaan. De veelgehoorde mening is dat bijvoorbeeld een hoofddoek, keppeltje of tulband niets afdoet aan de professionaliteit en neutraliteit van de overheid. Baldewsingh onderschrijft dat standpunt, benadrukt hij in zijn brief. “Neutraliteit betekent dat politieagenten hun werk objectief en onpartijdig doen. De gedachte dat politieagenten door het dragen van een religieus symbool hun functie niet onpartijdig kunnen uitoefenen, vind ik onjuist en onnodig stigmatiserend. Hiermee laten we de kans liggen om de politie te versterken, met name met een grote groep vrouwen.”

4. Schrappen van de ‘Rotterdamwet’

Ten slotte noemt de NCDR nog de zogenaamde ‘Rotterdamwet’. Door selectieve woningtoewijzing heeft die wet ingrijpende gevolgen voor migranten die een woning zoeken, zo merkte hij. 'Mensen worden ongelijk behandeld op grond van diverse criteria, waarvan migranten bovengemiddeld de dupe worden. De wet werkt dus onbedoeld discriminerend.' Het meest omstreden artikel is artikel 8, waarin een onderscheid wordt gemaakt tussen nieuwkomers en mensen die al langer in de regio wonen. De NCDR stelt voor om dit artikel in zijn geheel te schrappen, 'om elke vorm van onbedoelde discriminatie te voorkomen'. 

Kennisplatform Inclusief Samenleven (KIS) heeft op veel kennis ontwikkeld over het signaleren en aanpakken van (diverse vormen van) discriminatie en racisme. Hierbij de belangrijkste rapporten: