Shame sexting: grotere gevolgen in de Marokkaanse gemeenschap

Tienermeiden met Marokkaanse roots hebben vaker en meer last van shame sexting dan meiden van Nederlandse afkomst. KIS-onderzoeker Hanan Nhass vroeg zich af hoe zij het beste geholpen kunnen worden wanneer uitdagende foto’s of video’s zonder hun toestemming doorgestuurd worden met als doel om hen aan de schandpaal te nagelen. Ze concludeert dat hulpverleners de individuele geloofsbeleving van een ‘geshamed’ meisje over het hoofd zien.

Artikel
Zelfbeschikking

‘Het was elke avond gezellig chatten. En die gesprekken werden steeds intenser. Hij zei: je bent lief, ik ga je nooit verlaten. En daarna begon het rustig: wat heb je aan? Als dertienjarig meisje ga je daar niet echt wat achter zoeken. Kijk, dat naaktfoto’s sturen was een soort van routine geworden. Toen zei hij van: als je nu niks stuurt, dan stuur ik het naar al je vriendinnen toe.’

Aan het woord is de nu 17-jarige Amal, een van de vijf meisjes die Nhass interviewde over de gevolgen van shame sexting. Sexting is een samentrekking van de woorden ‘sex’ en ‘texting’ en betekent het uitwisselen van expliciete seksuele beelden. Bij shame sexting worden foto’s of video’s zonder iemands toestemming doorgestuurd met als doel de afgebeelde persoon aan de schandpaal te nagelen.

    Niet jouw schuld

    'Deze meiden zijn makkelijker te chanteren'

    Nhass onderzocht hoe hulpverleners moeders met een Marokkaans-islamitische achtergrond kunnen ondersteunen in de opvoeding om de negatieve gevolgen van shame sexting onder tienermeiden te voorkomen en aan te pakken. Ze sprak met vijf meiden, vijf moeders en tien hulpverleners en schreef haar bevindingen op in de verkenning Niet jouw schuld!. Nhass koos de titel omdat ze het belangrijk vindt dat aan de slachtoffers duidelijk gemaakt wordt dat ze niet schuldig zijn. ‘Ouders, maar ook leraren zeggen heel vaak: hoe kon je zo dom zijn dat je die beelden van je zelf hebt gestuurd. Maar het is belangrijk de omstandigheden waarin een meisje dat doet voor ogen te houden. Misschien was ze wel smoorverliefd en beloofde de jongen haar eeuwige trouw. Bovendien helpt zo’n verwijt niet bij de verwerking.’

    Marokkaans-Nederlandse meiden rapporteren vaker negatieve ervaringen met sexting (19%) dan jongens én meisjes van Nederlandse afkomst (14%), blijkt uit een eerder grootschalig onderzoek van Rutgers. Het verbaasde Nhass, die zelf ook een Marokkaanse achtergrond heeft, niet. Deze meiden zijn vaak chantabeler doordat er thuis amper over seksualiteit gesproken wordt, legt ze uit. ‘Ouders van Nederlandse afkomst vinden het ook vaak heel erg als er een naaktbeeld van hun dochter circuleert, maar bij ouders met Marokkaanse roots heb je ook nog het gemeenschapsoordeel waardoor de familie zich in diskrediet gebracht voelt en de religieuze maagdelijkheidsnorm die in gevaar is gebracht.’

    Tekst gaat verder onder de video

     

     

    Gezond of zondig

    De meeste hulpverleners en wetenschappers zien sexting als een vorm van gezond seksueel experimenteergedrag. Voor de geïnterviewde moeders en meiden is sexting echter onaanvaardbaar, zondig gedrag. De online en offline wereld loopt voor jongeren tegenwoordig veel meer door elkaar, legt Nhass uit. ‘Een beeld blijft bestaan en circuleert razendsnel. Maar door het te verbieden, gooi je de deur dicht en is de drempel hoger om naar ouders en hulpverleners te gaan.’ De gevolgen van shame sexting kunnen in ieder geval groot zijn, zoals ook Amal vertelt:

    ‘De eerste maand nadat die beelden van mij waren doorgestuurd, was echt een hel. Zo erg dat ik weleens zelfmoordpogingen wou doen. Daar heb ik véél aan gedacht. Gewoon van… leven heeft geen zin meer als het elke dag zo is.'

    ‘Damaged goods’ worden de meisjes wel genoemd, vertelt Nhass. ‘Ze zijn niet meer huwbaar, denken zowel zij als de gemeenschap.’ Ze worden vaak net zo lang gepest of met de nek aangekeken tot het volgende geval van shame sexting zich aandient. Afpersing met naaktbeelden, ook wel sextortion genoemd, komt ook regelmatig voor. Nhass: 'Zo vertelde een hulpverlener over een meisje dat meer dan tienduizend euro van de rekening van haar moeder haalde. Ook zijn er meiden die gedwongen worden seksuele handelingen uit te voeren met de pleger of met zijn vrienden.'

    Geloof blinde vlek voor hulpverleners

    Ruim aandacht besteden aan religieuze gewetenskwesties waar slachtoffers mee worstelen, kan hen juist helpen

    Marokkaans-Nederlandse meiden die slachtoffer zijn geworden van shame sexting stellen dat hun geloof hen heeft geholpen bij de verwerking van deze ervaring. Ook heeft het geloof hen weerbaarder gemaakt voor de toekomst, doordat ze het gevoel hebben dat hun eigenwaarde groeit. Uit de verkenning blijkt echter dat de individuele geloofsbeleving een blinde vlek is voor hulpverleners, met name als zij zelf geen religieuze achtergrond hebben. Hulpverleners informeren voornamelijk naar het geloof om de sociale positie van een gezin in kaart te brengen en om het risico op eergerelateerd geweld te kunnen inschatten. Ruim aandacht besteden aan religieuze gewetenskwesties waar slachtoffers mee worstelen, kan hen juist helpen. ‘Wanneer je als hulpverlener weinig weet over hun geloof, kan je bijvoorbeeld ook een gesprek met een geestelijk verzorger organiseren.’

    Niet mijn dochter

    Nhass woonde onlangs een voorlichtingsbijeenkomst bij over ‘sexting en exposing’. Zo’n zestig moeders en tienermeiden kwamen daar op af. Deze bijeenkomsten krijgen vaak een naam als ‘digitale weerbaarheid, want, legt ze uit: ‘Dan komen meer mensen. Moeders denken vaak: daar doet mijn dochter niet aan, terwijl veel jongeren aan allerlei beelden worden blootgesteld via bijvoorbeeld groepsapps.’

    Nhass merkte ook dat hulpverleners zich vaak niet goed kunnen verplaatsen in de situatie van tienermeiden en moeders van Marokkaanse afkomst. Ze geeft tips om deze doelgroep te ondersteunen en juicht culturele diversiteit in hulpverleningsteams toe. ‘Culturele diversiteit in teams wordt belangrijk gevonden, maar het gevaar is ook dat de kennis en kunde niet breder in een team verspreid worden.’ Een andere bevinding uit de verkenning is dat hulpverleners het geloof van het slachtoffer vaak over het hoofd zien, terwijl dit wel kan helpen in de verwerking en afsluiting van de negatieve ervaring.

    Het is belangrijk om ook thuis open over het onderwerp te praten, benadrukt Nhass. Ouders met een Marokkaanse achtergrond vinden seksualiteit echter geen gemakkelijk gespreksonderwerp. ‘Het geloof geeft aan dat je alles bespreekbaar moet kunnen maken, alleen wél met bescheidenheid. Deze balans is voor veel ouders lastig.’ De moeders kregen tijdens hun eigen restrictieve opvoeding bovendien niets mee over seksualiteit. ‘Hoe geef je iets door wat je zelf niet hebt? Vragen moeders zich af. Dat is moeilijk, maar ze proberen het wel omdat ze de urgentie voelen.’

    Aanbevelingen voor hulpverleners uit de verkenning Niet jouw schuld!

    1. Stimuleer ouders en docenten om tegen het slachtoffer te zeggen: het is niet jouw schuld. Geef het slachtoffer een compliment dat hij/zij hulp is komen zoeken.
    2. Laat ouders niet het gebruik van sociale media verbieden, maar biedt handvatten aan zodat zij  beter en bewuster gebruik ervan kunnen stimuleren.
    3. Versterk ouders in de eigen weerbaarheid en het weerbaar opvoeden.
    4. Zorg dat professionals die met jongeren werken de basis en eventuele schadelijke gevolgen van sociale media kennen.
    5. Betrek een geestelijk verzorger bij preventieve initiatieven als er geen kennis over geloof in relatie tot seksualiteit in huis is. Als geloof belangrijk gevonden wordt, is de moskee een goede, betrouwbare ontmoetingsplek om het gesprek hierover aan te gaan.
    6. Verdiep je in generieke geloofskwesties, maar check of je aannames kloppen met de individuele geloofsbeleving. Als er niet genoeg expertise in huis is, organiseer dan gesprekken met een geestelijk verzorger.

    Meer informatie?Neem contact op met:

    Hilde Bakker

    icon_chevron Stuur een e-mail
    icon_chevron 030-7892081
    Afbeelding