De komst van een azc: wat kunnen we leren van het verleden?

Ze zijn bijna dagelijkse in het nieuws. Mensen die protestacties organiseren en hun ongenoegen uiten over plannen voor opening van een opvanglocatie voor vluchtelingen. Het voert mij 25 jaar terug in de tijd. In 1991 onderzocht ik in mijn afstudeeronderzoek* hoe de plaatselijke bevolking in Spaubeek, Goes, Alkmaar en Slagharen reageerde op de komst van de eerste vier asielzoekerscentra (azc’s). En hoe daarna de verhouding tussen hen en bewoners van dit centrum zich met de tijd ontwikkelde. Wat is er nu anders? En welk voordeel kunnen we ons nu nog doen met mijn bevindingen van toen.

Blog
Vluchtelingen

Net als nu was er ook in 1991 eerst sprake van commotie bij de aankondiging van de komst van een azc. Onrust gevoed door angst voor het onbekende, vooroordelen en onzekerheid. Het protest kwam toen vooral vanuit de directe omgeving. Daarbij maakte het niet veel uit of het geplande azc in een dorp of stad lag. Waar in een dorp reacties uit het héle dorp kwamen, speelde dit in een stad op buurtniveau. Daarbij gold: hoe hechter de lokale gemeenschap, hoe meer angst voor inbreuk op het gemeenschapsleven bij de komst van grote aantallen vluchtelingen. Kijkend naar de gebeurtenissen in Oranje nu, lijkt hierin niet veel veranderd.

Wat nu wel anders is, is dat het protest niet meer alleen uit de directe omgeving komt. Het wordt landelijk aangewakkerd en georganiseerd, denk bijvoorbeeld aan de recente acties van PVV in Almere en Purmerend. Ook de aanslag op de vluchtelingenopvang in Woerden kwam niet van omwonenden maar uit verschillende plaatsen in de provincie Utrecht en zelfs daarbuiten. Het gaat hier niet meer om gevreesde overlast van omwonenden, maar om een collectieve onvrede die gebruik maakt van lokale omstandigheden om deze onvrede te uiten.

Hoe introduceer je de komst van een azc bij de plaatselijke bevolking en beperk je weerstand? Mijn tips uit mijn afstudeeronderzoek zijn ook nu zeker nog van toepassing:

Het heeft geen zin te zeggen dat men niets zal merken van de aanwezigheid van het azc

1. Organiseer tijdig inspraak voor de lokale bevolking.
Vertel over de plannen voor opvang van vluchtelingen, geef duidelijke uitleg en benadruk de noodzaak van voldoende opvang. Geef mensen de ruimte om te reageren. Neem bezwaren serieus en probeer met goede argumenten tot voldoende steun te komen voor een besluit. Met de grote aantallen vluchtelingen en de urgentie is dit momenteel niet altijd even goed haalbaar, maar het niet doen maakt dat mensen op voorhand al tegen zijn. Kim Putters, directeur van het Sociaal en Cultureel Planbureau, pleitte vorige maand in een interview in Trouw voor een meer democratische besluitvorming met een aantal suggesties voor hoe dit mogelijk te maken. ‘Mensen die een opvangcentrum in de buurt krijgen, moeten snel de gelegenheid krijgen daarover hun mening te laten horen.’

2. Geef een realistisch beeld van wat mensen kunnen verwachten.
Het heeft geen zin te zeggen dat men niets zal merken van de aanwezigheid van het azc. Het bij elkaar brengen van zoveel mensen met verschillende culturele, religieuze en sociale achtergronden, met een vaak traumatisch vluchtverleden en die zich bovendien in een onzekere situatie bevinden in Nederland kan onmogelijk probleemloos verlopen. Probeer hiervoor begrip te kweken en geef aan dat alles gedaan zal worden om eventuele overlast zoveel mogelijk te beperken.

3. Neem mensen serieus
Als de eerste ophef rond de opening van de opvanglocatie na enige tijd geluwd is en de ‘outsiders’ weer uit beeld zijn, gaat het vooral om de relatie van de plaatselijke bevolking met het azc en haar bewoners. Dat bleek uit mijn onderzoek. Of dit nu ook weer zo zal zijn, weten we nog niet. Hier geldt in elk geval: neem mensen serieus. Luister naar zorgen en klachten ook al lijken deze nergens op gebaseerd. Negeren of ontkennen leidt tot frustratie en woede. Zoek samen met mensen naar concrete oplossingen voor ervaren problemen. Want klachten alleen melden, lost niets op.

4. Investeer in een goede verstandhouding tussen omwonenden en azc-bewoners
Daarnaast is het belangrijk om te investeren in een goede verstandhouding tussen omwonenden en het azc en haar bewoners. Geef mensen de gelegenheid om elkaar te ontmoeten en over elkaar te leren. Bijvoorbeeld door het organiseren van een open dag in het azc of gezamenlijke sociaal-culturele activiteiten. Ook vrijwilligerswerk van omwonenden in het azc creëert betrokkenheid. Andersom geeft vrijwilligerswerk uitgevoerd door vluchtelingen in de omgeving hen de mogelijkheid om een steentje bij te dragen hetgeen een positief effect heeft op de beeldvorming en acceptatie. Door nieuwkomers de gelegenheid te bieden om kennis te maken met heersende normen en waarden en gewoonten, kan veel ergernis en onbegrip voorkomen worden.

Ten tijde van mijn onderzoek in 1991 was dit maar beperkt toegestaan. Inmiddels wordt het doen van vrijwilligerswerk zelfs aangemoedigd en is werken of het volgen van een opleiding onder een aantal voorwaarden mogelijk. Kajsa Ollongren, locoburgemeester van Amsterdam, doet daarvoor een hartstochtelijk pleidooi bij De Wereld Draait Door: 'Laat vluchtelingen betaald werk doen. Goed voor de economie, integratie én draagvlak. Nood breekt wet.'

*Deernis of ergernis? Een vergelijkend onderzoek naar de ontwikkeling van de relatie tussen de plaatselijke bevolking en het asielzoekerscentrum, c.q. de asielzoekers in vier gemeenten; aug. 1991; A. van Hinsberg onder begeleiding van professor Han Entzinger.

Meer informatie?Neem contact op met:

Annemarie van Hinsberg

icon_chevron Stuur een e-mail
icon_chevron 030-7892114
Afbeelding