‘Polarisatie en verzet zijn belangrijk in een democratie’, zo betoogde de Amsterdamse burgemeester Femke Halsema vorige maand in de door haar uitgesproken Abel Herzberglezing. Verzet tegen uitsluitende maatschappelijke normen en opvattingen is noodzakelijk om emancipatie van minderheidsgroepen in gang te zetten. Als groepen - die minder rechten hebben of gediscrimineerd worden - voor zichzelf opkomen, dan levert dit ongemak en spanningen op. Maar dit ongemak is, zo laat de geschiedenis zien, vaak tijdelijk. Uiteindelijk ontstaat een nieuw maatschappelijk evenwicht waarin groepen meer gelijk zijn aan elkaar. Voorbeelden hiervan zijn het vrouwenkiesrecht, de afschaffing van de slavernij en de emancipatie van homoseksuelen in de jaren 80.