The Digital Us
Jongeren spenderen steeds meer tijd op sociale media en worden daar in toenemende mate geconfronteerd met online haat, discriminatie en racisme. The Digital Us stelt jongeren tussen de 16 en 30 jaar in staat om hier effectief tegen op te staan en samen de online sociale norm te versterken. Onze aanpak combineert dialoog, training en mentoring, waarbij deelnemers onder begeleiding van een ervaren en divers team van facilitators open gesprekken voeren, leren hoe ze effectief kunnen opstaan tegen haat op sociale media, en hun vaardigheden direct in de praktijk brengen. Centraal staat het Respect tegen Haat-model, dat concrete handvatten biedt om actief en langdurig op te treden tegen online haat, discriminatie en racisme. Hierbij besteden we veel aandacht aan samenwerking en selfcare, zodat deelnemers niet alleen elkaar ondersteunen, maar ook goed voor zichzelf zorgen. Samen creëren we een krachtig tegengeluid en maken we sociale media veiliger en inclusiever voor iedereen.
Deze tekst is opgesteld door de interventie-eigenaar en aan de hand van de verandertheorie door KIS getoetst. Neem voor meer informatie contact op met de contactpersoon.
- Organisatie: Sharing Perspectives Foundation
- Website: www.sharingperspectivesfoundation.com
- E-mailadres: thedigitalus@sharingperspectivesfoundation.com
Doelgroepen van de interventie
The Digital Us richt zich op jongeren tussen de 16 en 30 jaar in Nederland. Dit zijn zowel jongeren die doelwit zijn van online haat, discriminatie en racisme als jongeren die online haat ervaren als omstander en willen leren hoe ze hier effectief tegen op kunnen staan. Alle jongeren die actief zijn op sociale media worden geconfronteerd met online haat, als doelwit of omstander, in meer of mindere mate van bewustzijn. De verantwoordelijkheid om op te staan tegen online haat ligt niet alleen bij de groep die doelwit is, maar ook bij de stille omstander. Juist deze groep is in de positie om de online normstelling te veranderen.
Met de interventies die deelnemende jongeren uitvoeren op sociale media, bereiken we actieve sociale media gebruikers die vooroordelen of stereotypen in hun denkbeelden hebben en/of haatdragende, discriminerende of racistische content plaatsen. Deze groep vormt onze uiteindelijke doelgroep.
Doel van de interventie
Jongeren in staat stellen om effectief op te staan tegen online haat, discriminatie en racisme.
Subdoelen
- Jongeren willen opstaan tegen online haat, discriminatie en racisme.
- Jongeren kunnen op verschillende manieren effectief opstaan tegen online haat, discriminatie en racisme.
- Jongeren zijn in staat effectieve copingstrategieën in te zetten om te kunnen (blijven) omgaan met online haat, discriminatie en racisme.
Werkzame mechanismen
1. Inleving en empathie
- Door in dialoog te gaan met andere jongeren en persoonlijke ervaringen met (online) haat, discriminatie en racisme uit te wisselen, kunnen jongeren zich beter inleven in elkaars belevingswereld.
- Iedereen die actief is op sociale media wordt op enig moment geconfronteerd met online haat, als doelwit of als omstander. Jongeren zullen zich hier in meer of mindere mate van bewust zijn. De dialoog versterkt het bewustzijn over online haat, discriminatie en racisme, waardoor empathie voor de impact van online haat wordt bevorderd.
- Door het maken en verspreiden van berichten over ervaringen met, en de impact van (online) haat, discriminatie en racisme, dragen jongeren bij aan het bevorderen van empathie bij een breder publiek.
2. Sociale norm
- Door op depolariserende wijze te reageren op haatdragende, discriminerende of racistische uitingen, dragen jongeren bij aan het normaliseren van respectvol, inclusief gedrag op sociale media.
- Door haatvolle, discriminerende of racistische uitingen te rapporteren, dragen jongeren bij aan het normaliseren van respectvol, inclusief gedrag op sociale media.
- Door mensen die doelwit zijn van online haat, discriminatie of racisme te steunen, dragen jongeren bij aan het normaliseren van respectvol, inclusief gedrag op sociale media.
3. Effectieve copingstrategieën
- Door te leren om effectieve copingstrategieën toe te passen, zoals selfcare en bondgenootschap, kunnen jongeren de negatieve impact van het omgaan met of opstaan tegen online haat, discriminatie en racisme op hun mentale gezondheid voorkomen of beperken.
Verandertheorie
Evaluatie
- We hebben via een formulier gevraagd naar de waardering/tevredenheid van de deelnemers (denk aan vragen zoals ‘Wat vond je er goed aan?’, ‘Welke tips heb je nog?’, ‘Wat kan er nog beter?’ etc.)
- We hebben een kwalitatieve evaluatie gedaan waarbij we interviews hebben gedaan met deelnemers na afloop om na te gaan wat deelnemers van de interventie vonden (denk aan vragen zoals ‘Wat vond je er goed aan?’, ‘Welke tips heb je nog?’, ‘Wat kan er nog beter aan de interventie?’ etc.)
- We hebben een kwantitatieve evaluatie gedaan waarin deelnemers achteraf een vragenlijstje hebben ingevuld over wat zij hebben geleerd en/of hebben gehad aan de interventie.
Inzichten uit evaluatie
Samenvattend onthult de evaluatie van het project aanzienlijke vooruitgang op individueel niveau, maar benadrukt het ook enkele beperkingen in het bereiken van bredere systemische veranderingen.
Uit de evaluatie van het project blijkt dat er op individueel niveau veel vooruitgang is geboekt. Het project heeft de deelnemers een dieper begrip gegeven van racisme in de Nederlandse samenleving en hoe zij hiertegen kunnen optreden. Toch bleek de stap van training naar interventie in de praktijk moeilijker dan verwacht. Door een te strikte scheiding tussen dialoog, training en praktijk zijn we er niet in geslaagd om voldoende momentum richting actie op te bouwen. Veel deelnemers gaven aan terughoudend te zijn in het actief ingrijpen bij online racistische opmerkingen, met name door emotionele vermoeidheid, zorgen over hun persoonlijke veiligheid, en een gevoel van overweldiging door de omvang van het probleem.
Daarnaast waren er wervingsuitdagingen, waardoor het aantal deelnemers laag bleef. Dit beperkte niet alleen de impact van het programma, maar stond ook de vorming van een sterk gemeenschapsgevoel in de weg. Verder had het programma moeite om toegankelijkheid en diepgang te balanceren, omdat deelnemers met uiteenlopende niveaus van kennis over racisme deelnamen. Dit leidde tot uitdagingen in het aanbieden van inhoud die voor iedereen relevant en waardevol was.
Doorgevoerde aanpassingen
1. Verbeterde wervingsstrategieën
We werken nauwer samen met jongerenorganisaties, vooral die actief zijn in sociale rechtvaardigheid, om een meer betrokken publiek te bereiken. De communicatie over de doelen van The Digital Us is aangescherpt, met een duidelijke verwachting van actieve deelname in de strijd tegen online racisme en polarisatie.
2. Vernieuwde programma-opzet
Het programma richt zich nu op meerdere vormen van discriminatie in plaats van sterk te focussen op racisme, zoals in eerdere iteraties het geval was. Hiermee ontstaat een inclusiever kader dat de impact van verschillende kennisniveaus vermindert. Dialoog, training en interventies zijn nu meer geïntegreerd, zodat deelnemers hun kennis direct kunnen toepassen en vertrouwen opbouwen.
3. Meer ondersteuning en betrokkenheid
Communicatieplatforms, zoals WhatsApp groepen, zijn opgezet om gemeenschapsgevoel en constante ondersteuning te bevorderen. Interventiestrategieën worden nu eerder in het programma geïntroduceerd, wat deelnemers helpt hun angsten te overwinnen.
4. Uitbreiding van interventieopties
We bieden nu meer interventiestrategieën, zoals het rapporteren van haatspraak, het delen en promoten van inclusieve berichten, en het steunen van mensen die doelwit zijn, zodat deelnemers op een manier kunnen bijdragen die bij hun comfort en energieniveau past.
5. Verhoogde focus op selfcare
Selfcare en emotionele veerkracht zijn vanaf het begin geïntegreerd en worden regelmatig benadrukt. Dit helpt deelnemers om beter om te gaan met de emotionele belasting van online activisme.
6. Meer diversiteit in team
We hebben meer facilitators aangetrokken met persoonlijke ervaringen van racisme en extra training ingevoerd voor het managen van groepsdynamiek en het omgaan met gevoelige situaties, wat zorgt voor een inclusieve en veilige omgeving voor alle deelnemers.