Kennisgids Nederlandse Sinti en Roma

In deze kennisgids vind je relevante (beleids)informatie over Sinti en Roma in Nederland. Van de sociaal-culturele geschiedenis tot actuele ontwikkelingen en beleid. Met praktische tips en verwijzingen naar goede informatie bij (externe) bronnen: allemaal in één handig overzicht en altijd up-to-date. 

Auteurs: Celina Sanchez Ramirez, Judith Khajavi-Zijlstra, Eliane Smits van Waesberghe

Online publicatie
Nederlandse Sinti en Roma

6. Wederzijds wantrouwen

Ontwikkelingen in de geschiedenis maar ook in de afgelopen jaren, hebben hun impact gehad op de verhoudingen tussen Nederlandse Sinti en Roma en overheidsinstanties. Dit wantrouwen gaat, ook in historisch perspectief, twee kanten op.

Wantrouwen vanuit Nederlandse Sinti en Roma

Veel Nederlandse Roma en Sinti wantrouwen officiële (overheids)instanties. Dit wantrouwen komt niet uit de lucht vallen. De Monitor Sociale Inclusie wijst hiervoor verschillende hoofdoorzaken aan:

1. Geschiedenis van de vervolging en woonbeleid

Het wantrouwen is geworteld in de eeuwenlange vervolging, met name de vervolging tijdens de Tweede Wereldoorlog, en het woonbeleid dat sinds de twintigste eeuw wordt gevoerd.

2. Weinig zichtbare verbetering

Veel Nederlandse Sinti en Roma zien weinig zichtbare verbetering van overheidsbeleid, waarbij voornamelijk wordt gewezen naar het woonwagenbeleid. Dit hangt samen met de eerder genoemde discriminatie rondom het woonwagenbeleid. Hoewel gemeenten verantwoordelijk zijn voor het realiseren van meer standplaatsen, blijft dit in de praktijk vaak uit.

3. Wisselingen in personeel

Frequent wisselende functies binnen overheidsinstanties belemmeren de opbouw van vertrouwen, doordat contactpersonen regelmatig veranderen en eerder opgebouwde relaties verloren gaan. Hierbij wordt gewezen naar mensen met belangrijke posities (zoals wethouders, politiemensen, woningcorporatie-directeuren) en professionals (zoals wijkagenten, huisartsen, wijkcoaches, leerkrachten en leerplichtambtenaren).

4. Focus op handhaving

Nederlandse Sinti en Roma voelen dat overheidsinitiatieven vooral gericht zijn op handhaving en criminaliteitsbestrijding. Hierbij wordt vaak gewezen naar het landelijk programma gericht op de aanpak van mensenhandel onder Roma-kinderen (dat in 2016 eindigde). Ook spelen negatieve ervaringen met politie mee, zoals invallen op woonwagenlocaties.

Het programma ‘Aanpak uitbuiting Roma-kinderen’ werd in 2011 opgezet door de ministeries van Veiligheid & Justitie en Sociale Zaken & Werkgelegenheid, mede op verzoek van het VNG Platform Roma-gemeenten. Gemeenten hadden behoefte aan ondersteuning bij de aanpak van complexe problematiek binnen Roma-gezinnen. Veel Nederlandse Sinti en Roma ervoeren echter vooral een repressieve benadering, wat heeft geleid tot wantrouwen en terughoudendheid. Zij vermijden vaak open gesprekken over hun kinderen, uit angst voor vooroordelen en stigmatisering.

Wantrouwen richting Nederlandse Sinti en Roma

Ook vanuit (lokale) overheden bestaat er wantrouwen richting deze groepen. De Monitor Sociale Inclusie omschrijft dit als wederzijds wantrouwen. In dit onderzoek geven sommige professionals ook aan dat overheidsinstanties weinig vertrouwen hebben in Nederlandse Sinti- en Roma-gemeenschappen. Ondanks de verbeterde maatschappelijke positie en relaties met een groot deel van de Nederlandse Sinti en Roma, bestaat er bij een aantal ambtenaren nog steeds het beeld dat deze gemeenschappen lastig benaderbaar zijn of betrokken zijn in de criminaliteit. Het is belangrijk op te merken dat deze opvattingen altijd voortkomen uit specifieke interacties en niet representatief zijn voor alle professionals. Volgens een van de betrokken professionals in het onderzoek wordt het wantrouwen van de Nederlandse Sinti en Roma mede gevoed door het feit dat zij regelmatig door overheden als een ‘onrustige groep’ worden geclassificeerd.

Spanningsveld met het veiligheidsdomein

Er is een spanningsveld met het veiligheidsdomein. Een deel van de Nederlandse Sinti- en Roma-gemeenschappen heeft het gevoel dat de aandacht vanuit beleidsmakers vooral gericht is op handhaving en criminaliteitsbestrijding. Zo wordt vaak verwezen naar de aanpak tegen mensenhandel gericht op Roma-kinderen vanuit een landelijk programma dat in 2016 werd afgesloten. Respondenten ervaren ook dat er soms buitenproportioneel grote politiecontroles en invallen zijn op woonwagenlocaties. Het is echter belangrijk te benadrukken dat de ervaringen met politie en handhaving variëren: niet alle Sinti- en Roma-respondenten in de Monitor Sociale Inclusie hebben negatieve ervaringen. Sommige respondenten geven juist aan positieve ervaringen te hebben met de politie. De groep respondenten in de Monitor Sociale Inclusie is divers, en hun ervaringen zijn niet uniform, wat nuance noodzakelijk maakt.