Interventies tegen discriminatie

Het verminderen van discriminatie, vooroordelen en stereotypen is niet simpel, maar wel mogelijk. Stapels wetenschappelijke studies geven aanwijzingen over hoe je dat doet. In de praktijk zijn er verschillende interventies, ook aanpakken of methodes genoemd, ontwikkeld om discriminatie tegen te gaan. In deze database met antidiscriminatie-interventies zijn interventies opgenomen die in de Nederlandse praktijk gebruikt worden en waarvan de kern van de interventie, zoals beschreven door de ontwikkelaar zelf, goed is onderbouwd met wetenschappelijk onderzoek. 

Toolbox
Discriminatie

De database met antidiscriminatie-interventies is in januari 2023 gelanceerd. Sindsdien wordt de database steeds uitgebreid met nieuwe interventies. Dit artikel met toelichting op de database is in juni 2025 geüpdatet en aangevuld met veelgestelde vragen.

Handig voor gemeenten

Deze database antidiscriminatie-interventies is in het bijzonder handig voor gemeenten. Als gemeenten discriminatie aan willen pakken in bijvoorbeeld het onderwijs, op de arbeidsmarkt of in de buurt, dan kunnen ze in de interventiedatabase zoeken op dit domein. Vervolgens zijn er interventies te zien die hier mogelijk toegepast kunnen worden. Gemeenten kunnen dan bekijken welke interventie het beste past bij de situatie en bijvoorbeeld de organisaties (scholen, bedrijven etc.) in hun gemeente of door middel van subsidie zorgen dat deze uitgevoerd kan worden.

Let op: sommige interventies kunnen alleen in een bepaald deel van het land toegepast worden. Aan te raden is daarom contact te zoeken met de interventie-eigenaar en de mogelijkheden te bespreken. 

Ga naar de interventie-database

Wil je meer tips over wat je als gemeente kan doen tegen discriminatie?

Check dan de Handreiking antidiscriminatiebeleid voor gemeenten.

Kern beschrijving interventie goedgekeurd door experts

Hoe komen interventies in de database terecht? Dat gaat via het volgende traject. 

  1. Via een online oproep worden interventie-eigenaren gestimuleerd om mee te doen aan het traject zodat hun interventie opgenomen kan worden in de database. Meestal is dit eenmaal per jaar in het voorjaar. Verschillende interventie-eigenaren worden ook actief benaderd.
  2. Geïnteresseerde interventie-eigenaren volgen een workshop over wat in de aanpak van discriminatie volgens de wetenschap werkt en hoe ze hun interventie kunnen onderbouwen aan de hand van een verandertheorie.
  3. Daarna vullen de interventie-eigenaren twee formulieren in: een formulier met een beschrijving van hun interventie en een formulier met een schema waarin zij de verandertheorie kunnen opzetten. Hiervoor kunnen zij gebruikmaken van het Wat werkt-dossier en de checklist.
  4. Daarna worden deze formuleren beoordeeld door onderzoekers van KIS. In verschillende rondes wordt er feedback gegeven. Hierbij wordt gebruikgemaakt van het Wat werkt-dossier en van algemenere theorieën over gedragsverandering (zoals onder andere  beschreven in het boek Intervention Mapping). KIS-onderzoekers kijken naar de belangrijkste elementen van de interventie. Ze beoordelen of het op basis van wetenschappelijke kennis plausibel is dat de hoofdactiviteiten en ingezette werkzame mechanismen leiden tot het bereiken van de verschillende subdoelen. De interventies zijn dus niet in de praktijk beoordeeld door KIS.

De planning is om ieder jaar interventie-ontwikkelaars de kans te bieden hun interventie te laten opnemen in de database. Heb je hier interesse in? Mail dan naar info@kis.nl.

Zes veelgestelde vragen over de database 

1. Zijn de interventies in de database allemaal effectief?

Het is door KIS niet beoordeeld of de interventies effectief zijn. Of een interventie effectief is, kan het beste worden vastgesteld met een Randomized Control Trial (RCT) studie. In de praktijk is er echter vaak geen budget voor dit type onderzoek. Daarom zijn de meeste interventies in de database ook niet op die manier onderzocht. 

2. Op basis waarvan zijn de interventies beoordeeld? 

Bij de beoordeling gebruiken we in het bijzonder het dossier Wat werkt bij het verminderen van discriminatie. Daarin wordt op basis van wetenschappelijke studies beschreven wat wel en wat niet werkt in het verminderen van discriminatie. Als interventie-eigenaren in de beschrijving van hun interventies elementen beschrijven waarvan uit wetenschappelijk onderzoek bekend is dat deze niet werken, dan wordt dit teruggekoppeld aan de interventie eigenaar. Dit gebeurt in de vorm van feedback op de formulieren. Vervolgens wordt de interventie-eigenaar gevraagd om het niet-werkzame element van de interventie aan te passen. Als dat niet gebeurt, wordt de interventie niet opgenomen in de database. 

Naast specifieke kennis over hoe je discriminatie kunt verminderen, gebruiken we algemenere theorieën over gedragsverandering in de beoordeling. Zoals aan de hand van wat beschreven staat in het boek Intervention Mapping). Is het bijvoorbeeld de bedoeling dat de deelnemers aan de interventie nieuwe vaardigheden opdoen? Dan wordt er gecheckt of deelnemers ook ondersteuning krijgen in het oefenen van deze nieuwe vaardigheden. 

3. Zijn alle interventies in de database geëvalueerd?

Vanaf 2024 worden interventie-eigenaren gevraagd om aan te geven in hun interventiebeschrijving of en hoe hun interventie is geëvalueerd. En als het geëvalueerd is, wordt er gevraagd wat zij hebben gedaan met de kennis uit deze evaluatie om de interventie verder te verbeteren. Er staan ook interventies in de database die niet geëvalueerd zijn. Omdat veel organisaties beperkte financiële mogelijkheden hebben voor evaluatie, is een evaluatie gedaan hebben geen vereiste om opgenomen te worden in de database van KIS.

4. Waar kan ik het melden als ik niet tevreden ben over een interventie uit de database van KIS?

Allereerst is dit uiteraard belangrijk om te melden bij de eigenaar van de interventie. Natuurlijk mag je hierover ook contact opnemen met KIS (via h.felten@movisie.nl). KIS zal dit ook onder de aandacht brengen van de interventie-eigenaar.

5. Wat is het verschil tussen de database antidiscriminatie-interventies van KIS en de databank Erkende sociale interventies van Movisie?

De databank Erkende sociale interventies van Movisie heeft een andere manier van beoordelen. Vaak is het voor antidiscriminatie-interventies moeilijk om aan de eisen van de databank te voldoen. Interventie-eigenaren waarvan de interventies wel kunnen voldoen aan de eisen van de databank, raden wij aan om hun interventie daar ook aan te bieden. 
Lees ook: Antidiscriminatie-interventies vinden voor je organisatie | Movisie

6. Wat is het doel van deze database?

De doelen van de database zijn:

  1. Zorgen dat de kwaliteit van antidiscriminatie-interventies verbeterd wordt. Doordat interventie-eigenaren het traject doorlopen om te worden opgenomen in de database.
  2. Antidiscriminatie-interventies beter vindbaar maken voor partijen als gemeenten, scholen, bedrijven en maatschappelijke organisaties. Zodat zij sneller en makkelijk kunnen inzetten op de aanpak en preventie van discriminatie.
  3. Voorkomen dat er antidiscriminatie-interventies worden ingezet in de praktijk waarvan uit wetenschappelijk onderzoek al bekend is dat deze weinig kans van slagen hebben.

Meer informatie?Neem contact op met:

Hanneke Felten

icon_chevron Stuur een e-mail
icon_chevron 030-7892110
Afbeelding