Vluchtelingen en werk: investeer vooral in oplossingen voor de lange termijn

Jaco Dagevos is bijzonder hoogleraar integratie en migratie aan de Erasmus Universiteit en onderzoeker bij het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP). Hij stelt dat het goed is dat KIS in een nieuw dossier op een rij heeft gezet wat rond de arbeidsdeelname van statushouders werkt en wat niet werkt. ‘Er zijn veel initiatieven rond dit vraagstuk. Maar lang niet alles is effectief.’

Artikel
Vluchtelingen

Hij wil zijn aandeel bij de publicatie niet groter laten overkomen dan deze is. Niettemin: Jaco Dagevos was een van de experts die kritisch meelas en meedacht bij het tot stand komen van het dossier Wat werkt bij de arbeidsparticipatie van statushouders. Het KIS-dossier maakt duidelijk dat er veel meer beleid is voor statushouders dan tien jaar geleden het geval was, zegt Dagevos. Ook eerder onderzoek van Marjan de Gruijter en Inge Razenberg maakte dat al duidelijk, stelt hij. ‘Er is veel meer energie en elan. En dat is maar goed ook want met de positie van deze groepen is het niet goed gesteld.’ Waar hij op doelt is dat de deelname van statushouders aan de arbeidsmarkt sterk achterblijft bij die van de rest van de Nederlandse beroepsbevolking. Dat heeft een batterij aan negatieve gevolgen zoals een verslechterende gezondheid, armoede en schuldenproblematiek en een beperkt sociaal netwerk.

Veel kleinschalige en tijdelijke initiatieven

Dat er veel meer beleidsinitiatieven voor statushouders zijn dan tien jaar geleden is mooi. Maar dat wil niet zeggen dat wat er gebeurt altijd effectief is, stelt de Rotterdamse hoogleraar. ‘Mijn inschatting is dat veel gemeenten met dit vraagstuk worstelen. Goed onderzoek kan daarom bijdragen aan het beantwoorden van de vraag: welke effectieve aanpakken moeten we inzetten?’

Veel van de huidige initiatieven in beleid en praktijk zijn bovendien kleinschalig en tijdelijk, is zijn indruk. En verkokerd. Dagevos adviseert beleidsmakers om de factoren die belangrijk zijn voor arbeidsdeelname – bijvoorbeeld taal en werk – aan elkaar te verbinden. ‘Een voorbeeld: Nederlands leren is prima maar breng dit in relatie met praktijkervaring, werkervaring.’ Op dit gebied is nog veel te winnen, stelt hij. En niet altijd even simpel te realiseren. ‘Er zijn vaak meer partijen mee gemoeid zoals gemeenten, bedrijven en maatschappelijk organisaties. Met niet altijd dezelfde belangen.’

Korte en lange termijn tegenstrijdig

'Door gezinshereniging hebben veel Eritreeërs nu minder focus op werk, daar moet je wel rekening mee houden'

Ook kunnen belangen op korte en langere termijn strijdig met elkaar zijn. Dagevos neemt waar dat gemeenten statushouders vooral snel aan het werk willen hebben. ‘Ik neem hen dat niet kwalijk. Als iemand langer in de bijstand zit, dat kost dat een gemeente meer geld.’ Maar werk op korte termijn is volgens hem niet voor elke statushouder even effectief. ‘Omdat je daarmee mensen minder in het onderwijs krijgt. En we weten uit eerder onderzoek hoe belangrijk onderwijs is. Een Nederlands diploma is een enorme succesfactor: een grotere kans op werk, een grotere kans op goed werk en een groter sociaal netwerk. Maar dat is wel iets voor de langere termijn. Het is een investering. Hoe je gemeenten hierin meekrijgt? Een goede vraag waar ik niet een, twee, drie een antwoord op heb.’

Soms zijn er onderbelichte vraagstukken die de arbeidsdeelname in de weg staan. Gezinshereniging is er een van, stelt hij vast. ‘Je ziet dat nu bij Eritreeërs. Die zijn daar zo mee bezig en hebben daardoor minder een focus op werk. Dan kun je redeneren: “niets mee te maken” maar het is een factor waar je als beleidsmaker wel rekening mee moet houden.’

Ga voor de effectieve aanpakken

Onderzoekers en kennisinstituten: zet nu samen met beleid en praktijk die kennis om in handelen. In die lokale praktijk. Dat pleidooi deed Erik Gerritsen, de hoogste VWS-ambtenaar, onlangs tijdens een lezing. Gaat dat ook voor dit onderwerp op? Ja, zegt Dagevos volmondig. ‘Met het dossier Wat werkt bij de arbeidsparticipatie van statushouders weten we nu heel goed wát er werkt rond arbeidsdeelname van statushouders. De factoren hebben we goed in kaart. Het komt nu eigenlijk heel erg aan op het hóe.’ Hoe voer je dit nu goed uit?’ Ga voor de effectieve aanpakken, houdt Dagevos gemeenten en andere spelers rond dit thema voor. ‘Het gevaar is dat anders het elan weer verdwijnt als je initiatieven onderneemt die niets opleveren.’  

Het Wat-werkt bij dossier
De arbeidsparticipatie van statushouders blijft sterk achter bij die van de Nederlandse beroepsbevolking en andere migranten. Werkloosheid onder deze groep heeft zowel negatieve gevolgen voor het individu als voor de samenleving. Wat werkt bij het bevorderen van arbeidsparticipatie van statushouders in uw gemeente? Klik hier om naar het dossier te gaan. Klik hier voor de infographic.

Meer informatie?Neem contact op met:

Marjan de Gruijter

icon_chevron Stuur een e-mail
Afbeelding