Succesvolle integratie en aanpassing beginnen bij oprechte emotionele binding

Met de lokale verkiezingen van 21 maart op komst, zal de komende weken ongetwijfeld weer veel en fel worden gediscussieerd over ‘hete’ onderwerpen als integratie en inburgering. Het is belangrijk om daarbij onderscheid te maken tussen de integratie van nieuwkomers, zoals vluchtelingen, en de aanpassing van kinderen met een migratieachtergrond, die hier geboren en getogen zijn, aldus schrijver Celal Altuntas.

Blog
Integratie- en inburgeringsbeleid

Nieuwkomers zijn meestal totaal onbekend met de waarden en normen van Nederland. Voor hen is alles nieuw. Daarnaast nemen zij hun eigen waarden en normen mee. Deze normen en waarden kunnen botsen met de Nederlandse cultuur. Denk aan opvattingen over de man-vrouwverhouding, eerwraak, religieuze opvoeding, wetgeving, conflicthantering, vrijheid van meningsuiting of de acceptatie van homoseksualiteit.

Voor een goede integratie – voor nieuwkomers de beginfase van het leven in Nederland – bestaan tal van goede initiatieven. Dalfsen kreeg onlangs de Vluchtelingenwerk Award voor haar aanpak van integratie: VIP18. Dit staat voor vestigen, inburgeren en participeren binnen achttien maanden. Met taalstageplekken waardoor de nieuwkomer vanaf dag één integreert, en met inspraak en hulp van bedrijven en buurtbewoners.

Aanpassingsprobleem

Voor een grote groep van de kinderen met een migratieachtergrond die hier geboren en getogen is, is ook een dergelijke aanpak nodig. Zij hebben geen integratie- maar een aanpassingsprobleem: ze maken zich de waarden en normen van dit land niet eigen en respecteren ze niet. Deze groep wil niet in, maar juist náást de Nederlandse maatschappij leven. Vaak genoeg heb ik van jongens van Turkse of Marokkaanse afkomst gehoord dat ze geen enkele emotionele binding hebben met Nederland en ook niet met de blanke Nederlander.

Ze voelen zich emotioneel meer verbonden met het land van herkomst van hun ouders en zijn dan ook meer geïnteresseerd in de politiek in dat land van herkomst. Voor de meeste Turkse Nederlanders is bijvoorbeeld niet Rutte maar Erdoğan hun regeringsleider. En Turkse en Marokkaanse Nederlanders die voor DENK en NIDA kiezen, motiveren dit vanuit hun islamitische, Soennitische, Marokkaanse en Turkse identiteit.

Nederland heeft dus niet alleen een relatief klein integratieprobleem, maar ook een aanpassingsprobleem met velen van de hier opgegroeide kinderen van migranten. Dit blijft een serieus probleem voor nu en de komende jaren. Natuurlijk, er is discriminatie op de arbeidsmarkt en dat moet verdwijnen. En uiteraard hebben mensen tijd en kansen nodig om wat van te maken en mag de autochtone Nederlander hen daar best een handje bij helpen. Maar voor iedere Nederlander, ongeacht herkomst, geldt dat ze niet anderen de schuld moeten geven maar naar zichzelf moeten kijken. Samen kunnen we discriminatie verhelpen en integratie en aanpassing stimuleren.

'Woon en leef hier'

Succesvol integreren en aanpassen begint bij oprechte emotionele binding

Succesvol integreren en aanpassen begint bij oprechte emotionele binding met dit land. Investeer als nieuwkomer of als kind van migranten in werk, politiek, de buurt, de vereniging. Zonder verborgen politieke of religieuze agenda. Zie niet Erdoğan, maar Rutte als je regeringsleider. Woon en leef hier, in Nederland. Niet alleen fysiek maar ook geestelijk. Pleit niet voor Sharia-wetgeving, maar bescherm en verdedig de sociaaldemocratie. Sluit je niet aan bij groepen als DENK en NIDA, maar durf op jezelf te reflecteren en meng je in de Nederlandse samenleving.

Meer informatie?Neem contact op met:

Celal Altuntas

Afbeelding